Over nieuwsgierigheid, vooroordelen en de kracht van inclusiviteit , waarin een nieuwkomer het hok flink op z’n kop zet.
De aankomst van Bella
Het was een gewone ochtend in het hok toen Boer Henk de deur opendeed met een grote doos in zijn handen. De kippen keken nieuwsgierig toe. Henriëtte, zoals altijd haantje de voorste, stapte naar voren.
“Wat zou dat nu weer zijn?” vroeg ze, terwijl ze haar nek strekte.
De doos werd voorzichtig neergezet, en daar was ze: een nieuwe kip. Haar veren hadden een blauwzwarte glans en haar ogen stonden helder en vriendelijk. Maar voordat de nieuwe kip ook maar iets kon zeggen, begon het gefluister al. De kakelverse nieuwe kip zette voorzichtig een paar stappen het hok in. Ze glimlachte naar de andere kippen en zei: “Hoi, ik ben Bella. Ik hoop dat we het goed met elkaar kunnen vinden.”
Henriëtte hief een wenkbrauw. “Dat zullen we nog wel zien,” mompelde ze en ze riep: “Kom meiden, we gaan vandaag de andere kant op.” en dat deden ze dus ook.

“Kijk eens naar die kleur,” fluisterde Truus. “Wie heeft er nou zulke rare veren?”
“En heb je haar kakel gehoord?” voegde Rika 3 toe terwijl ze beamend knikte. “Het klinkt helemaal anders. Echt vreemd.”
Het geroddel begint
De dagen daarna voelde Bella zich allesbehalve welkom. Waar ze ook ging, ze voelde de ogen van de andere kippen in haar rug prikken. Als ze probeerde een plekje te vinden bij het voer, ging Rika 3 altijd net iets te dicht bij haar staan, zodat Bella zich ongemakkelijk voelde.
“Ze doet alsof ze beter is dan wij,” zei Truus op een ochtend tegen Henriëtte. “En die vreemde kakel van haar maakt me helemaal gek.”
“Misschien komt ze wel uit een ander hok,” voegde Rika 3 er fluisterend aan toe. “Je weet nooit wat zo iemand met zich meebrengt. Straks hebben we allemaal die rare grijze veren!”
Ondertussen probeerde Bella haar best te doen. Ze pikte voorzichtig wat graantjes, bleef vriendelijk glimlachen en deed haar best om mee te doen met het dagelijkse leven in het hok. Maar telkens voelde ze de afstand, alsof er een onzichtbare muur stond tussen haar en de rest.
De verandering
Op een ochtend gebeurde er iets wat alles veranderde. Een grote windvlaag blies door het hok, en met een luide klap waaide de voeremmer van Boer Henk om. Graantjes rolden overal heen, en de kippen schoten in paniek alle kanten op. Behalve Bella.
“Kom op, meiden!” riep ze. “We moeten samenwerken om het voer terug te brengen voordat het verloren gaat!”
Henriëtte keek haar even wantrouwend aan, maar Truus begon al mee te pikken. “Nou ja, ze heeft wel gelijk,” mompelde ze. Langzaam maar zeker werkten alle kippen samen om de graantjes weer op een hoop te krijgen. Zelfs Rika 3 hielp mee.
Toen het voer weer op z’n plek lag, keek Henriëtte naar Bella. “Misschien ben je toch niet zo vreemd,” zei ze met een kleine glimlach.
Bella lachte. “En misschien zijn jullie niet zo intimiderend als jullie eruitzien.”
Een nieuw begin
Vanaf die dag veranderde de sfeer in het hok. De kippen leerden Bella steeds beter kennen en ontdekten dat ze eigenlijk een fijne toevoeging was aan de groep. Haar andere manier van doen bracht soms verrassend goede oplossingen, en haar zachtere veren waren eigenlijk best mooi.
“Misschien moeten we haar gewoon zien als… een bijzonder ei,” zei Truus op een dag tegen Rika 3.
“Een vreemd ei,” grapte Rika 3, maar ze lachte er vriendelijk bij.
Bella voelde zich eindelijk thuis. En hoewel ze wist dat ze altijd een beetje anders zou blijven, maakte dat haar nu juist trots.
De moraal van het verhaal
Soms is het vreemde ei precies wat een hok nodig heeft.
Maar probeer dat maar eens uit te leggen aan een stelletje kippen…